Belgii

De Belgen moeten niets meer hebben van de Nederlandse gulden. Zij noemen dit ‘pecunia non grata’. De tegenstellingen tussen zuid en noord zijn groot. Er komt een opstand voor het gebouw van de Brusselse Munt tijdens de uitvoering van een opera die toevallig gaat over een vrijheidsstrijd. De bezoekers worden hierdoor aangestoken. Willem I stuurt het leger erop af, maar de Belgen krijgen hulp van de Fransen. Willem I trekt zijn leger terug.

België wordt een onafhankelijk land in 1832. Dat is een zware klap voor het noorden. Het meeste geld wordt namelijk in België verdiend.

1832 gulden
1832
1832 gulden
1832

Mintage 1.362.064

Varianten bekend als overslag op 1821(d) / 1823(c) / 1824(ab) / 1828 (-)

Zie onder

1832 over 1823 gulden
1832 over 1823
1832 over 1823 gulden
1832 over 1823
1832 over 24
1832 over 24

eigen munt

1837 Gulden
1837
1837 Gulden
1837

Mintage 382.699

Sch.268

Op 6 mei 1939 verzocht de minister het College de nodige voorstellen te doen voor de vervaardiging van de stempels voor de reeks nieuwe zilveren munten die de muntwet van 1939 voorschreef. Het gewicht van de muntstukken was verminderd, waardoor het formaat niet ongewijzigd kon blijven.
Het College adviseerde de maker Louis Royer een model van een nieuw portret te maken.

Nadat Willem I deze nieuwe proefmunten had geodgekeurd, en de moederstempels waren overgedragen, had Willem I inmiddels afstand gedaan van de regering. Alle 1 Gulden uit 1840 zijn daardoor geslagen onder Willem II.

1840 Gulden
1840*
1840 Gulden
1840*

Zilver 945/1000, 10g, Rond 28mm

Mintage 99.254

Sch.278

Als muntmeesterteken voor P.C.G. Poelman (1838-1845) werd vanaf 1840 de lelie gebruikt.

Pagina's: 1 2