Willem II (1840-1849)
Onder Willem II vervangt Nederland eindelijk alle oude zilveren munten uit de vorige eeuwen door nieuwe munten. De oude munten zijn erg afgesleten en hebben dus veel zilver verloren.
Om er nieuwe munten van te maken, moet er veel zilver bij gedaan worden. Gelukkig begint Nederland langzaam weer een rijk land te worden. In een paar jaar wordt van het zilver van de oude munten voor tachtig miljoen gulden aan nieuwe munten geslagen. Men noemt dit de grote hermunting. De oude munten zijn niet alleen door slijtage lichter geworden. Sommige mensen hebben de gewoonte om van alle munten die ze in handen krijgen, een klein beetje zilver af te knippen of vijlen. Dat heet ‘snoeien’
je kunt er wel de doodstraf voor krijgen! Bij de grote hermunting is men bang dat veel mensen al de munten die ingetrokken worden, nog snel even zouden snoeien. Daarom moet het snel gebeuren. De mensen moeten in 5 dagen tijd al hun kleine zilvergeld inleveren want anders wordt het ongeldig. De nieuwe munten krijgen de beeltenis van Koning Willem II
Muntmeesterteken : Lelie



2 stuks bekend van deze gulden, de meeste guldens uit 1840 zijn van Willem I
Sch. 518
Uit het archief van ’s Rijks Munt zijn er 99.254 guldens met de datum 1840 uitgegeven in de periode tussen 1840 en 1842. Het archief vermeld idd dat het gaat om guldens met de beeltenis van Willem I.


De stempelkop uit 1840 van Willem II met het korte bortstbeeld lijkt tijdelijk gebruikt te zijn voor de guldens uit 1842.
Zeer zeldzame variant.
Sch. 519a
28,06 mm,
9,8 gr
Mintage onbekend, het archiefvan ’s Rijks munt geeft aan ‘geen gegevens over de vervaardiging bekend’.


De ook zeldzame variant met lang borstbeeld komt vaker voor.
Sch. 519b
Volgens het archief van ’s Rijks munt zijn er totaal 640.826 aan guldens uitgegeven met de datum 1842.
In april 1843 zijn nog eens 49.969 guldens geslagen voor 1842 en 1843. (daarvan zijn er dan 29.980 met 1843)



Volgens de collectie in het Nederlands muntmuseum zijn er 2 stempels van 1840 gemaakt, vervaardigd door D. van der Kellen. (nummer 6.12 en 6.13).






zonder streepje tussen kroon en wapen (Sch. 522a)


met streepje tussen kroon en wapen (Sch. 522b/R)
Zeldzaam
Muntmeester Lelie en streep (Waarnemend muntmeester H.A. Bake
Vanaf deze datum is de muntwet van kracht, en worden de oude provinciale munten ingewisseld. Tussen 1846 en 1848 zijn er grote hoeveelheden Guldens en Rijksdaalders geslagen.



Hoofd naar links
door D. v. d. Kellen Jr.
Mt. mercuriusstaf.
TYPE II b (1846–1849).
Mmt. zwaard.
Sch. 524.,
Silver9.96 g.
Mintage: 3.772.335


1 Gulden 1846 zwaard (Sch. 524/RRR)
met gepolijste stempel geslagen


Hoofd naar links
door D. v. d. Kellen Jr.
Mt. mercuriusstaf.
TYPE II b (1846–1849).
Mmt. zwaard.
Sch. 525.,
Silver9.96 g
Mintage: 8.279.321
(inclusief 1847 en 184_)





met positiestreepje onder de 8



met positiestreepje onder de 9